Heb jij geen vriendje? Hoe kan dat nou? Zo’n leuke meid!
Ik krijg het regelmatig te horen.
Maar ik ben niet alleen maar leuk en gezellig hoor. Ik ben soms best moeilijk. En irritant.
Ik heb graag dat alles precies gaat zoals ik wil. En dat is moeilijk voor een liefhebbende.
Ik heb in mijn leven maar een paar échte vriendjes gehad. En met ‘echt’ bedoel ik dus langer dan 2 jaar.
De eerste echte liefde was een Limburger. Een aardige jongen hoor. Ik was 18 geloof ik, hij véél ouder. Hij was muzikant en een ongelofelijke romanticus.
Hij kon geweldig zingen en schreef de mooiste nummers. Dat vond ik leuk. Maar het was ook een hele zachtaardige jongen. En braaf. Geen losbol. Geen gekke dingen.
Achteraf begrijp ik niet zo goed, dat ik dat toen tóch leuk vond… Nee. Hij was totaal niet stoer.
Maar hij was lief. Héél lief.
Na 3 jaar kwam hij een meisje tegen wat leuker was dan ik.
Al snel volgde nummer twee. Een leuke Kempische jongen. Hij was super relaxt, stoer, en mooi.
Hij was intelligent en zorgzaam. Hij had lang haar en een hoed op. Dat vond ik leuk. Hij hield van ‘anders dan anders’ en zocht vaak het avontuur op.
Hij hield van klimmen, kamperen en pionieren… Ik niet. Maar dat gaf niets. Hij had een drukke baan en was veel weg. We hadden allebei ons eigen leven en lieten elkaar vrij in alles wat we deden.
Hij zeurde nooit ergens over. Als het huishouden een zooi was, of als ik de hele week niet thuis was, het maakte hem niks uit.
We gingen samenwonen, kochten een huis en hadden het leuk.
En hij was lief. Héél lief.
Na bijna 14 jaar kwam hij een vrouw tegen die leuker was dan ik.
Nou goed. Toen was ik er wel even klaar mee.
Er kwam wel eens ooit wat ‘gezelligs’ voorbij. Leuke jongens hoor. Maar niet leuk genoeg.
En toen ontmoette ik nummer 3. Hij was totaal anders dan nummer twee. Hij was een kletser, spontaan, extravert en nog mooi ook.
Hij had een eigen huis, wilde geen kinderen en had bindingsangst dus hij zeurde ook nooit over samenwonen. Ideaal!
We hebben twee jaar een relatie gehad. Met ergens een pauze.
Nummer 3 had het soms wel moeilijk. Hij had het een en ander meegemaakt in zijn jeugd wat nog niet echt goed verwerkt was. We deden veel leuke dingen.
Maar het was het toch nét niet. Ik weet eigenlijk niet precies wát niet. Bovendien hield ik de boot ook wel af. Het idee dat iemand wéér bij mij weg zou gaan trok ik niet.
Maar hij was wél lief. Héél lief.
We zetten er samen een punt achter.
En nu ben ik alweer een poos ‘alleen’. En eigenlijk bevalt me dat prima.
Dat klinkt altijd een beetje ehm… ongeloofwaardig misschien. Voor sommige mensen. Maar het is écht zo.
Ik ben een blij en gelukkig mens. Met fijne mensen om me heen.
En dat vriendje?
Dat komt vast wel eens een keer voorbij. Op een wit paard ofzo.